Gerrit paape biografie

[Gerrit Paape]

Paape (Gerrit), den 4 Febr. te Delft in den werkmansstand geb. en daarvoor opgebracht, begon als kind met ongewone vlijt te lezen en toonde als jarig schildersknecht in eene plateelbakkerij zijn onoverwinnelijken schrijflust, die hem in kennis bracht met zijne in vlg. art. vermelde vrouw. Eerst was hij een stille en dweperige dichter, doch bij het opkomen der staatk. partijen, werd hij een held onder de partriotten, vluchtte in uit Amsterdam, bleef tot aan de omwenteling in Frankrijk, en werd met Vrijdag en Speeleveld (z.a.) ‘gerequireerd’ om de bevrijders der Bataven, onder wie Daendels, van dienst te zijn; zoo kwam hij berooid in Den Bosch aan, red. daar de Vaderl. Courant en begaf zich allengs verder op op het staatk. tooneel, werd zelfs in lid van den Hove van justitie in Friesland, totdat hij in Oct. van het vlg. jaar met nog vier evenzeer ongestudeerde Raaden van Justitie gedemitteerd werd. Zijn laatste ons bekend geschrift verscheen in Aug. ; hij moet niet lang daarna overl. zijn, zonder dat tijd en plaats van zijn afsterven bekend zijn. De hieronder vermelde studie is wel het volledigste, dat over Paape gezegd is; de reeds uitvoerige lijst zijner boeken werd nog aangevuld in De Navorscher , blz.

Tot zijne nog gelezene of geraadpleegde

Gerrit Paape, de welbespraakte boodschappenjongen

Gerrit Paape () was ooit een landelijke beroemdheid. Hij zette zijn scherpe, maar vrolijke pen graag in voor de zaak van patriotten en Bataven. Daarvoor verliet hij zijn werk als plateelbakker in de kwijnende Delftse industrie. In , toen Willem V het heft weer in handen kreeg, vluchtte Paape naar Frankrijk. Hij bleef boeken en gedichten de wereld in sturen, ook na zijn terugkeer in Nederland in Van de politieke beloning voor zijn inzet, een  &#; mislukt &#;  raadsheerschap in het Hof van Friesland en daarna een baan als ambtenaar bij het Agentschap voor Nationale Opvoeding in , heeft hij niet lang meer mogen genieten.

Na zijn dood wachtte Paape de vergetelheid. Zou een biografie van ruim achthonderd bladzijden daar verandering in kunnen brengen? Paape zelf onderscheidde zich juist door zijn bondigheid! Niettemin heeft Peter Altena veel goeds verricht met zijn uitgebreide en zorgvuldige werk. Daardoor wordt Gerrit Paape zichtbaar in de verwevenheid met zijn tijd. Het gaat Altena, een neerlandicus, terecht niet alleen om de auteur met zijn grote productie, maar ook om de rol van zijn held in het Delftse patriotisme en als ijverig propagandist en organisator. Bewust spreekt Altena dan ook van Paapes ‘levens’, uiteraard niet nà e

Onbeperkt houdbaar proza

Delft 4 februari - Den Haag 7 december

Gerrit Paape is misschien wel de meest tijdloze schrijver van de achttiende eeuw. Zijn proza lijkt onbeperkt houdbaar vanwege de virtuoze stijl. Het zit vol absurditeiten en grappige vondsten en het weet de lezer na meer dan tweehonderd jaar nog altijd te overrompelen en te vermaken ondanks het feit dat Paape vooral over de actualiteit en de politiek schreef. Want de schrijver raakte al snel betrokken bij de strijd tussen patriotten en orangisten eind achttiende eeuw. Hij werd een fel bestrijder van het oude politieke systeem en de stadhouder en was een groot voorstander van een radicale omwenteling. Paape schreef niet alleen veel uit idealisme, maar ook omdat hij van zijn pen moest zien te leven. Zijn oeuvre wordt geschat op rond de romans, dichtbundels en toneelstukken. Een groot gedeelte daarvan verscheen anoniem of onder pseudoniem (onder andere Dr. Schasz).

Autobiografie in ballingschap

Centraal in het oeuvre van Paape staat de autobiografie die hij in publiceerde onder de titel Mijne vrolijke wijsgeerte in mijne ballingschap. De auteur leefde dat jaar in Duinkerken, nadat hij in vanwege zijn politiek activisme naar het buitenland was gevlucht. In Frankrijk schreef Paape over de absurditeit van het

Recensiebank

Gerrit Paape ( – )
Peter Altena (handelseditie van proefschrift )
isbn/issn: 94
geïllustreerd in zwart-wit en kleur
(recensie: Han C. Vrielink)

 

Peter Altena, Gerrit Paape ( – ) Levens en werken , Nijmegen, Uitgeverij Vantilt, , ISBN 94 , p., € 39,95, geïllustreerd, in z/w en kleur.
In een nabeschouwing in de symposiumbundel  De droom van de revolutie (Amsterdam ) verzuchtte professor E.H. Kossmann : “Het blijft, vind ik, maar tobben met onze patriotten ”. Naar zijn mening lukte het de historici maar niet om aan het verhaal over de patriotten een pittige smaak te geven. Kossmann raadde daarom de historici een biografische aanpak aan, om zo tot een beter begrip van de patriotten te komen. “Ze zijn ons immers nog heel vreemd en zolang we niet dieper in hun individualiteit kunnen doordringen, blijft het tobben met onze patriotten”.
            Inmiddels staat de achttiende eeuw al vijfentwintig jaar bij historici volop in de belangstelling. Een aanhoudende stroom van publicaties, waaronder biografieën, was het gevolg. Peter Altena heeft in ruime mate aan die publicatiestroom bijgedragen, onder meer door het heruitgeven van de be

Gerrit Paape (), een achttiende-eeuwse broodschrijver met vele gezichten

De patriot Gerrit Paape was een veelschrijver: naast zijn werkzaamheden als plateelschilder, tekenaar, journalist, politicus en raadsheer, publiceerde hij tientallen gedichten, vertalingen, toneelstukken, essays, Bijbelse verhalen, en heel veel satirisch proza. Toch verwierf hij zich nooit een gerenommeerde plaats in de literatuurgeschiedenis, zoals bijvoorbeeld zijn tijdgenoten Betje Wolff en Aagje Deken dat wel deden. Waarom bleef hun werk in de twee eeuwen na hun dood springlevend, terwijl Paapes geschriften al snel werden vergeten? In de inleiding van zijn biografie stelt Altena dat dit komt omdat Paapes werk niet apolitiek gelezen kan worden en bovendien herinnert aan een woelige periode die men – zeker in de negentiende eeuw – zo snel mogelijk wilde vergeten. Zijn literatuur verscheen in de laatste twee decennia van de achttiende eeuw, waarin ruzies tussen patriotten en orangisten, de komst van de Fransen, en geschillen tussen patriotten onderling het land een paar keer op de rand van de afgrond hadden gebracht. Omdat de auteur ook nog eens van lage sociale komaf was en voor geld schreef, was hij voor het nageslacht de representant bij uitstek van deze ellendige periode, waarvan men maar al te graa